Yak
De yaks zijn zwaar gebouwde dieren, met een omvangrijk lijf. De stevige poten hebben afgeronde, gespleten hoeven en een extreem dichte, lange vacht, die ver omlaag hangt voorbij de buik, soms kan dit wel tot aan de grond reiken.
De kleur van de Yak is over het algemeen donker bruin tot zwartachtig.
Ze hebben kleine oren en een breed voorhoofd, met gladde hoorns uit de zijkanten van het hoofd die naar achteren buigen. De hoorns zijn variëren van 48 tot 99 cm lang. De hoorns van het vrouwtje zijn kleiner en die variëren van 27 tot 64 cm lang en staan ook meer rechtop.
Ze hebben verder een korte nek met een uitgesproken bult op de schouder.Het gewicht van de man is ongeveer 350 tot 585 kilo en het vrouwtje weegt ongeveer 225 tot 255 kilo.
De schofthoogte is ongeveer van de man 111 tot 138 cm en van het vrouwtje 105 tot 117 cm.
Ze hebben een lange staart, als van een paard.
Het geluid wat ze voortbrengen is zowel grommend als piepend.
Ze kunnen gemiddeld in gevangenschap 20 jaar leven, dit zal in het wild wat korter zijn.
Leefwijze en Voedsel:
Ze hebben zich goed aangepast aan de grote hoogte, want ze hebben een wollige ondervacht die hen beschermt tegen de kou.
Maar ook grotere longen en hart, hierdoor hebben ze een groter vermogen om zuurstof door hun bloed te transformeren.
Hierdoor hebben ze wel meer moeite om te gedijen op de lagere hoogten. En zijn ze gevoelig voor hitte uitputting boven de 15 graden.
Ze hebben ook een vrijwel volledig gebrek aan functionele zweetklieren.
Hun habitat bestaat uit boomloze hooglanden zo tussen de 3.000 en 5.500 meter hoog, gedomineerd door bergen en plateaus.