Wilde Eend
De Wilde Eend die hier als de meest voorkomende eend bekend staat zien we in allerlei kleuren terug. Hij komt overal wel voor en is niet veel eisend aan zijn leefomgeving maar het liefste zijn ze in de moerassen, meren, parken, slopen in akkers en weilanden. Maar je kan ze ook zien in vijvers en in de stad, ze zijn zeer tolerant ten aanzien van menselijke aanwezigheid of verstoring.
Het vrouwtje bouwt het nest in het hoge gras of in een knotwilg of in een holte.
Ze eten in de zomermaanden vooral zaden van kroost en in de winter wortels van grassen en mossen, allerlei soorten en kleine visjes, slakken en wormen.
De Wilde Eend staat niet als bedreigd in Nederland maar tussen 1990 en 2020 is het aantal met 30 % afgenomen. We weten niet echt waarom het nog steeds ook aan het afnemen is, misschien door de intensivering van de landbouw of versnippering van natuurgebieden. Maar wat ook kan is dat de snoeken hierin een grote rol spelen. Door de waterkwaliteit zijn die toegenomen en die jagen nu eenmaal op jonge eendjes. Het gekke is dat in de rest van Europa er een lichte toename is van de Wilde Eend.
Men wil er dus nu ook wat aan doen en ze plaatsen nu broedkorven om het broedsucces van de Wilde Eend te vergroten.
Dat zijn manden van wilg, hooi of gaas op een verhoging waar eenden dan hun eieren in kunnen leggen. Deze broedkorven zijn moeilijk te bereiken door roofdieren en tevens zijn de eieren dan ook minder kwetsbaar voor de maaimachines als met gewone nesten, want tja de boeren maaien wel eens te vroeg.